Zaad volgens Midas


Hoe weet een zaadje koers te houden in het pikkedonker ?

Het zweepstaartdiertje.
Op zijn tocht naar de baarmoeder, zo las ik in een engels boekje, legt een spermatozoa, afgemeten naar zijn eigen lengte, een afstand af zo groot als die van Londen naar Edinburgh.
Omgerekend naar mijzelf, in Weesp, zou dit betekenen dat mijn sperma de Vecht inspringt om via het Amsterdam-Rijnkanaal en de Waal de Rijn op te zwemmen tot Bazel.
Ik heb het boekje thuis laten slingeren in de hoop dat mijn vriendin erin leest en wat meer ontzag voor mij krijgt.
Tot Bazel !
Hoe krijg ik het voor elkaar?
Of is er hulp in het spel ?
Er zijn aanwijzingen dat mijn zaad niet helemaal van mijzelf is.
Volgens de Amerikaanse biologe Margelis zijn zaaddiertjes lang geleden ontstaan door het versmelten van een oercel met een zweephaarbacterie.
Nog niet iedereen is het met haar eens, maar dat gold indertijd ook voor haar nu algemeen aanvaarde opvatting dat de mitochondrien in onze cellen eigenlijk inwonende bacterien zijn, zoals duidelijk blijkt uit hun gewoonte om zich op eigen houtje, los van de rest van ons, voort te planten, met behulp van hun eigen DNA.
Een zweepstaartje die niet echt van jou, maar eigenlijk geleasd is, hoe moet je je zoiets voorstellen ?
Heel eenvoudig: met een poes.

Elke poes heeft een staart die een eigen leven kan leiden.
Terwijl de eigenlijke poesvoor het raam zit te soezen, zwiept zijn staart nijdig heen en weer.
Zelfs onder het sluipen, wanneer de poes voor zijn muis onopgemerkt wil blijven, verraadt hij zich door het duidelijk tikken van zijn staart op de vloer.
Het ziet er even dom uit als ons blozen, dat zich ook juist voordoet wanneer je het niet gebruiken kunt.
Weer andere momenten lijkt het of de poes niet weet waar hij zijn staart moet laten, ongeveer zoals een slungelige jongeman zijn handen niet goed kwijt kan.
Werken doet een poezenstaart, net als die van een zaaddiertje, pas wanneer hij nodig is.
Wil de poes groeten, dan gaat de staart omhoog,
wil hij dreigen dan zet de staart zich op.
Tijdens een sprong werkt de staart als balanceerorgaan, wel wetend dat hij, als de poes valt, zelf mee ten onder gaat.
Maar meestal kronkelt de staart zo maar wat, als een spelend kind.
Zo maar wat kronkelen , dat is de indruk die je krijgt van zaadcellen onder de microscoop.
Steeds van richting veranderend, kan het nog een hele tijd duren voor je in Bazel of Edinburgh bent.
Hoe weet een zaadje koers te houden in het pikkedonker van het vrouwelijk interieur ?
Dat is onlangs uitgezocht.
Het blijkt dat zaadcellen op de warmte afgaan.
Middenin een vrouwenlichaam is het behaaglijker dan bij de tochtige ingang.
Lang voor de Amerikanen beschikte mijn lichaam al over hittegeleide projectielen.
Op weg naar de warmte heeft elk van mijn zaadcellen omgerekend honderden kilometers voor de boeg.
En dan te bedenken dat één man per keer genoeg zaadjes maakt om alle vrouwen in Europa te bevruchten.
Eén kwakje van mij is voldoende voor 10 miljard kilometer, god mag weten hoeveel keer naar de maan of mars en weer terug.
Als mijn vriendin dit allemaal eens wist !
En heel die ruimtereis dan ook nog eens in stilte, met heel wat minder misbaar dan bij een vrouw elke maand weer die ene eicel van de baarmoeder even naar buiten, dat kuteindje.

___________

tekst : Midas Dekkers

Advertentie

3 reacties on “Zaad volgens Midas”

  1. oblomov schreef:

    Midas, de allesweter !

    maar zie ik het goed: hebben sommige zaadjes ook hun koplampen branden?

    Like

  2. Bobby de Beer schreef:

    Typisch Midas weer 😉

    Ik las laatst dat ze ook op de reuk afgaan.

    Zie Log:
    http://bobbydebeer.web-log.nl/log/1698577

    Like


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s